De Plaza de España in Sevilla werd aangelegd in 1929 vanwege de
Ibero-Amerikaanse tentoonstelling. Het is een plein met diverse gebouwen
in het Maria-Luisapark, naar ontwerp van de architect Aníbal González
(1876-1929). Haar halve maanvorm symboliseert de omhelzing van Spanje
van haar vroegere Amerikaanse gebieden. Het kijkt uit in de richting van
de Guadalquivir, de rivier die van oudsher vanuit Sevilla leidde naar
het nieuwe continent.
Onder de gebouwen bevinden zich 52 tegelmozaïeken, die alle Spaanse provincies afbeelden binen de Andalusische tegeltraditie. Het middenplein wordt door vijf bruggetjes over vier kanalen, die de vier koninkrijken van Spanje (Castilla, León, Aragón en Navarra) vertegenwoordigen, verbonden met de zijkant.
Middenin op het plein staat een fontein, naar ontwerp van Vicente Traver (1888-1966). Het merendeel van de gebouwen aan het plein wordt gebruikt door de overheid.
Andere opmerkelijke details zijn van de hand van de Chileense beeldhouwer Pedro Navia (1884-?), waaronder zes vensters in neo-Renaissance-stijl, de wapens van Sevilla boven de deuren van Aragón en Navarra, 24 keizerarends in het wapen van Karel V en 48 medaillons met bustes in reliëf van belangrijke Spanjaarden boven elke boog, die een provincie behelst.
In 1962 fungeerde het plein als 'Cairo Great Britain Army Headquarters' in de film 'Lawrence of Arabia' (1962). In 1975 marcheerden over het plein militairen voor de film 'The wind and the Lion', met Sean Connery in de hoofdrol. Het plein was ook filmset voor Naboo in de 'Star Wars: Episode II - Attack of the Clones' (2002). In 2012 werd het gebruikt als setting voor 'The Dictator'.
